BECHTEREW/ SPONDYLITIS ANKYLOPOETICA

Bechterew is een reumatische aandoening van de gewrichten in het heiligbeen, het bekken en/of de wervelkolom. Het kraakbeen in deze gewrichten is ontstoken, al treden de ontstekingen soms ook op in pezen of in de aanhechtingen van pezen in het bot. Na verloop van tijd kunnen de ontstekingen leiden tot verbeningen van de gewrichten. 

Ontstaansmoment
Waardoor Bechterew ontstaat is nog niet helemaal duidelijk. Wel lijkt erfelijkheid een rol te spelen. Meestal begint het met klachten rond het bekken/lage rug, welke zich later uit gaan breiden naar andere plekken. 

Symptomen
– Pijn en stijfheid, welke met name aanwezig zijn in de ochtend of na lang in dezelfde houding te hebben gezeten
– Uitstralende pijn naar de armen, benen, borstkas, nek, heupen, knieën of het gezicht kan optreden
– De gewrichten in de rest van de wervelkolom, de armen, knieën, heupen, nek, borstkas, enkels en voeten kunnen eveneens gaan ontsteken
– De klachten treden met name op in de (na)nacht
– De klachten verergeren door rust en verbeteren door beweging, waarbij overbelasting voorkomen moet worden
– De verbeningen die kunnen ontstaan leiden tot bewegingsbeperkingen. Dit kan leiden tot een iets voorovergebogen houding.
– In de spieren rond de ontstoken gewrichten kunnen spierknopen/triggerpoints ontstaan
– Bij 1/3e van de mensen met Bechterew treedt soms ook oogontsteking op. Dit hoeft bij tijdige behandeling niet tot schade van het zicht te leiden.
– Algemene vermoeidheid en misselijkheid kunnen ook tot de symptomen behoren. 

Behandeling
Om de ontstekingen te remmen wordt door de reumatoloog vaak ontstekingsremmers voorgeschreven.
Gedoseerd in beweging blijven is erg belangrijk bij deze aandoening. Hierdoor wordt het kraakbeen van voeding voorzien, blijven de spieren goed functioneren, blijft de mobiliteit behouden en blijft de doorbloeding goed.
De fysiotherapeut geeft u tips en oefeningen om bewegingsbeperkingen tegen te gaan, een goede lichaamshouding te kunnen blijven hanteren en de rug goed belastbaar te houden.
Hiernaast zal de fysiotherapeut kijken of de spieren nog soepel zijn. Is dit niet het geval of zijn er triggerpoints aanwezig dan worden deze behandeld om de mobiliteit weer toe te laten nemen.